Het is lang geleden sinds mijn laatste relaas. Ik ben me er van bewust maar kan er weinig aan doen. Zolang ik hier in de bush-bush van Mali geen stroom heb en een super slechte internet verbinding kan ik weinig doen. Ik zal proberen de schade in te halen door te vertellen wat er de afgelopen maanden gebeurd is allemaal. Dit is waarschijnlijk tevens mijn laatste verhaal op www.ctjansen.nl dus LET OP: Toekomstige verhalen komen hier te staan op www.coolcampmali.com onder het kopje ‘Stories’. Dit verhaal zal ik er als eerste op zetten. En omdat ik nu wat technologische verantwoorden zaken heb gekocht hoop ik hier wat vaker te gaan schrijven over mijn belevenissen in Mali.
Zoals bekend gaat het niet goed met Mali. Wonder boven wonder zijn er plots een tros Franse militairen op komen dagen die binnen een paar weken, en met een verlies van drie of vier man, de helft van Mali schoon veegde van rebellen. De bevolking was verrukt en uitte dat door veelvuldig de Franse vlag te tonen. Op hun auto, vanuit hun raam of op hun kleding. Helaas is het een druppel op een gloeiende plaat. De Franse hebben dan wel alles bevrijd maar de rebellen zitten er nog steeds. Ze houden zich schuil onder de bevolking of verbergen zich in het immense Mali. Probeer ze maar te vinden. Daarbij komt dat de politiek in Bamako weinig klaar speelt. Er wordt veel gepraat en veel zakken gevuld met als resultaat dat iedereen vrij spel heeft. Ik ook. De ellende is dan mijn inzien ook nog lang niet ten einde en zolang er niet een daadkrachtige regering wordt gevormd zal het ook wel zo blijven. De Fransen kunnen (en willen) ook niet eeuwig blijven en zou gauw die zich gaan terugtrekken zullen de rebellen weer oprukken.
Gelukkig zit ik in de hoek van Mali zonder problemen. Dat wil zeggen, zonder rebellen problemen. Maar er zijn andere problemen die wellicht minder ernstig van aard zijn maar toch vervelend. Daarover straks meer. Heb mijn tijd de afgelopen maanden besteed aan het bouwen van twee grote ronde Afrikaanse hutten die ingericht zijn als gastverblijf. Vrijwel pal aan het water zijn het mooie plekjes geworden. Elke hut heeft een douche en toilet en twee bedden. Met een rieten dak zijn de hutten relatief koel. Heb daarnaast een trapje aan laten leggen met een plateau aan het water, schommelstoel er naast. Zo hoop ik een plek gecreëerd te hebben waar straks toeristen lekker kunnen genieten. Men kan hier zwemmen in het heerlijk heldere koele water van de Baffing rivier.
Momenteel zijn er ook veel vruchten. De mango bomen hangen zwaar beladen, de cashew noot vruchten vallen als regendruppels op de grond (jaja, cashew noten uit eigen tuin) en de bananen bomen beginnen nu ook veel trossen te krijgen. Heb een sproei installatie aan laten leggen voor de meeste bananen bomen zodat ik alleen maar de kraan open hoef te draaien. Vanwege dit water geven de bomen nu veel meer bananen dan voorheen. Verder heb ik twee BBQ plekken gemetseld, zodat evt gasten een lekker vissie kunnen stoken. Als laatste heb ik een nieuw huisje als tuinhuisje laten bouwen voor la mijn gereedschap en materiaal. Daardoor kwamen de twee bestaande ronde lemen hutten vrij. Een heb ik er als kippenhok ingericht, de andere voor groot spul zoals kruiwagens en zakken cement. De twee lemen hutten heb ik voorzien van een nieuw rieten dak en wit gekalkt en zien er nu puik uit. Zelfs de kippen zijn blij en geven genoeg eieren.
Het onderhoud en schoonmaak werk blijft ook doorgaan. De bananen bomen moeten onderhouden worden, de bladeren aangeharkt. Voorbereidingen voor het volgende regenseizoen dat immers in juni al weer voor de deur staat. Het aanleggen van regengoten om erosie tegen te gaan, muren metselen e.d. Alom genoeg activiteiten om me bezig te houden.
Het blijft Afrika hier, en je maakt soms de raarste dingen mee. Zo zijn er in heel Manantali twee slagers. Die kopen een koe, slachten die in de avond en in de ochtend hangen ze de koe, in stukken, aan grote haken. Je kan dan een stuk aanwijzen en dat wordt afgesneden. Maar het goede vlees is schaars want de koeien zijn veelal mager en bestaan voor 80% uit bot en zeem en ingewanden. Vlees ia duur maar de botten zijn goedkoper dus veel Afrikanen kopen dan wat ingewanden en wat botten en eten dat. De slager hakt met een grote bijl de botten in stukken. De splinters vliegen alle kanten uit (inclusief in de stukjes vlees die nog aan het bot zitten) maar de Afrikaan heeft daar geen moeite mee. Ik heb een hekel aan scherpe splinters in mijn vlees dus ik heb liever geen bot of anders bot dat niet tot pulp is gehakt. Ik had een redelijke relatie met een van de slagers opgebouwd. Hij wist welk vlees ik zocht en hij hield dat vaak apart voor me. De andere slager is een botte lul en daar ga ik liever niet naar toe. Mijn slager, die Malim heet, maakte echter een grote fout. Hij kocht een paar koeien die blijkbaar gestolen waren en men is daar achter gekomen. Of hij dat bewust heeft gedaan is mijn onbekend maar het resulteerde dat de beste Malim de gevangenis in is gestopt. Er is nu maar een slager in heel Manantali, de eikel die Omar heet. Een naar mannetje die me al een paar keer heeft proberen af te zetten. K hoor van andere ook dat ze hem niet mogen, maar ja, het is of geen vlees of maar slikken en naar Omar gaan. Nu Malim echter niet meer levert heeft hij het rijk alleen en weigert hij me vlees te verkopen. Ben daar erg boos over geworden maar het helpt niks. Als ik in de rij sta voor vlees zegt ie continu dat het vlees op is, ook al hangt er nog 50 kilo aan zijn haken. Ik dacht dit probleem op te lossen door iemand anders mijn vlees te laten kopen maar dat heeft Omar in de gaten.
Ik ben een van de weinige die 2 kilo vlees zonder bot vraagt, als er dan een lokaal hetzelfde komt halen weigert hij dit te verkopen. Gisteren liet ik Fodé (mijn hulp) vlees halen en die kwam terug met twee kilo bot. Dus besloot ik zelf maar een slagerijtje te gaan beginnen, al is het maar om Omar te pesten. Heb dit met diverse mensen overlegd. De burgemeester is laaiend enthousiast en ook andere zouden graag een tweede slager er bij hebben. De burgemeester heeft me een puike plek op de markt toegezegd als ik ga beginnen. Echter is het grote probleem echter is om de koeien te vinden. Om een goede business op te zetten moet je toch een redelijk constante aanvoer van koeien hebben en dat is er niet. Waarschijnlijk ook de reden dat Malim gestolen koeien kocht. Met hulp van wat andere mensen ben ik ni aan het onderzoeken hoe ik dat wel op gang kan krijgen want ik heb geen zin om iets half op te zetten. Omdat ik over drie weken naar Nederland ga heb ik gezegd dat ik wil beginnen als ik terug ben. Zeker als Malim dan nog niet terug is. Wordt ik slager, is weer eens wat anders.
Goed nieuws, mijn familie is uitgebreid met vijf jonge katjes. De poes was zwanger en vandaag is ze bevallen. Zo te zien maakt moe het goed. Kan er niet bij om te zien hoeveel en ik wil de nieuwe familie ook niet gelijk na de bevalling storen. Wat ik ga doen met de jonge katjes? Geen idee, maar de lokalen vreten ze op dus misschien iets voor de slagerij….;-)
De hulpverlenings projectjes staan momenteel een beetje stil. Niet dat er gebrek aan vraag is. In tegendeel. Maar projectjes die, mijn inziens, nuttig en haalbaar zijn, zijn schaars. Heb we wat mensen geholpen met medische problemen. Zo had Mohammed-Casper, mijn pleegzoontje, plots een wang als een voetbal. Daar moest in gesneden worden dus heb ik het ziekenhuis betaald. Ook de chef-de-village was erg ziek. Het is ene oude man en hij lag al twee dagen aan de dunne. Voor een oudje kan dat fataal zijn dus heb hem met loperamide en vitamine OSR weer wat aan de gang gekregen. Maar verder krijg ik vragen die ik onzinnig vind. Bouw een schooltje voor ons in dorp X, help ons met een nieuw dak. Dat laatste terwijl de familie de hele dag niks zit te doen (de mannen dan).
Twee scholieren verbouwen aardappelen op een stuk van mijn grond, maar laaiend ben ik er niet over. Echter zijn de aarappelen nog niet dood of geoogst, kan er dus nog geen eind oordeel over geven. Verder heb ik een klein voetbal veldje aan laten leggen voor de jeugd. Dit in een verre uithoek van mijn terrein. Er komen metalen goals en twee basketbal korven bij. Ik heb beloofd de voetba en basketbal ter beschikking te stellen als de jeugd zelf het terrein schoonmaakt en onderhoud. Valt niet echt onder hulp verlening, heb de goals dus ook zelf gefinancierd. Maar de jeugd is er erg blij mee.
Een va de projectjes waar ik mee wil beginnen na mijn retour uit Holland is het gaan voorzien van gasstellen aan de dorpen in de omgeving. Alles en iedereen kookt hier nog steeds op hout, of op houtskool, maar dat komt ook uit hout. Hierdoor is er een weelderige handel in hout, met als gevolg erg veel kap van bomen. Dit is in principe illegaal. Er is ook een ‘forestier’ in Manantali, die er op moet toezien dat men geen bomen kapt maar ik heb die man nog nooit wat zien doen. Daarbij is het wel toegestaan om ‘dood’ hout te sprokkelen dus de lokalen kappen de boom, laten het drogen en brengen het dan naar de markt onder het mom van ‘het is toch dood’. Maar hout of houtskool is niet goedkoop. In principe is Gas goedkoper, Daarbij is het sneller, eenvoudiger en schoner. En veel beter voor het milieu. Als ik heel vlug uitreken is het koken op gas ongeveer de helft goedkoper dan koken op hout. Moet er wel bij vermelden dat de overheid de laatste maanden al twee keer de prijs van gas flink verhoogt heeft. Helaas is er geen aanvoer van gasflessen hier in Mamantali, en daar kan ik wel wat aan doen. Waar ik een oplossing voor moet zoeken is de veiligheid en de duurzaamheid. Alle gaststellen die ik in Bamako aan trof zijn levensgevaarlijke Chinese prulsels. Een Europeaan zal, als ie gas ruikt, wel eens gaan kijken wat er aan de hand is maar de onwetende afrikaan gaat waarschijnlijk op onderzoek met een brandend stuk hout of sigaret in de mond, als ie überhaupt al op onderzoek gaat. En dat kan fatale gevolgen hebben, dat wil ik niet op mijn geweten hebben.
Ik ben dus op zoek naar eenvoudige gasstellen maar wel met automatische sensors die de gastoevoer afsluiten bij geen vlam. Dat is heel normaal in Europa, ik had ook zo’n gasstel in mijn camper, maar hier zijn ze niet te vinden. Zal dus in Nederland moeten gaan zoeken, wellicht kent U iemand of weet U een fabrikant die deze dingen maakt? Als ik eenmaal de juiste gasstellen gevonden heb (twee pits denk ik, de gewone simpele zonder oven), wil ik die in een gesloten kast inbouwen zodat niemand met zijn tengels aan de slangen kan komen, deze dan ter beschikking stellen aan een dorp. Eerst eentje op proef, want ik moet kijken hoe dat werkt met de enorme potten waarin men hier rijst kookt. Maar ook daar heb ik al een oplossing op gevonden. Als dat eenmaal loopt kan ikzelf gasflessen uit Bamako laten komen, de hele onderneming kan zichzelf bedruipen. En het is uiteindelijk goed voor de natuur, goed voor het milieu en iedereen is blij. Nogmaals, heeft er iemand enige ervaring of kontakten, laat het me weten.
Oma Fajoungou, een echt oud mens ziet al heel lang erg slecht. Er werd mij al lang gevraagd of ik haar niet kon helpen maar ik vermoede dat op haar leeftijd last van staar had en er weinig aan te doen viel. Tot ik plots vorige week op het lumineuze idee kwam van een bril. Ik heb nog wat oude reserve brillen die ik nooit gebruik. Dus ik met twee oude brillen op naar Djalakoto. Het oudje zag me niet eens aankomen, pas toen ik voor haar stond herkende ze me. Ik vertelde haar dat ik misschien een oplossing had voor haar slechte zicht en zette haar mijn oude bril op de neus. Haar ogen, meestal samengeknepen, gingen plots wijd open, haar mond viel open. Oooooohhhh, schreeuwde ze uit, ik zie alles weel helder. Ze was zo blij dat ze mijn hand niet los wilde laten en keek ondertussen in het rond alsof ze de wereld voor het eerst zag. Haar rotte tanden onder de grote ronde bril kleurde mooi samen. Dat was weer een goede daad die weinig kost en iemand een heel ander leven gaf.
Ik doe tegenwoordig de poort op slot ’s nachts. Een maand geleden zat ik op mijn terras, in het donker om een uur of negen ‘s avonds een filmpje te kijken toen er plots twee grote Afrikaanse mannen voor me neus stonden. Ik woon best afgelegen en normaal gesproken zie je na het invallen van de duisternis niemand. Ik schrok me dus een hoedje en reageerde nogal agressief. De hond begon te blaffen en te grommen en ik snauwde zoiets van ‘wat moeten jullie’. Ja we komen even kijken, zei een van de mannen. Hierop melde ik hem dat dat om 9 uur in de avond niet zo’n goed idee was en dat ze overdag maar terug moesten komen. Ze dropen op een geven moment wel af maar ik volgde ze, op een afstandje, naar de poort. Daar stond hun auto. Ik zag dat het een auto van Escon was, het energie bedrijf alhier en kreeg iets meer vertrouwen in de bedoelingen. Dus stapte ik weer op ze af en verontschuldigde me dat ik zo agressief reageerde maar dat het ook niet normaal was dat ze zo ineens voor me neus stonden. Dat begrepen zo ook wel en het gesprek daarop werd ook wel vriendelijk. Ze hadden de borden aan de weg gezien en kwamen kijken, waarschijnlijk of er wat te zuipen viel. Hoe dan ook sindsdien doe ik het hek op slot want er kunnen zich ook mensen met minder goede bedoelingen melden.
En zo liep ik vorige week, in het donker, richting poort om het hangslot erop te doen. Ik liep een beetje met de sleutel te knoeien, want in mijn andere hand had ik de zaklamp toen ik naast me ineens geritsel hoorde. De hond, die naast me liep begon plots te grommen. Ik draaide een halve slag en scheen met mijn zaklamp op de grond. Daar kroop joekel van een slang, 50 cm van mijn voeten vandaan. Het beest was maar anderhalve meter maar zo dik als mijn onderbeen. Gelukkig kroop ie van me af. Ik maakte een noodsprong in veiligheid en de slang deed hetzelfde, zodat er gelukkig niks gebeurde maar mijn hart klopte wel iets sneller dan normaal. Heb de slang nog toe geschreeuwd dat we nu echt gesloten waren en hij een andere keer maar terug moest komen. Dit vergezeld van een paar stenen naar zijn hoofd, zonder enig resultaat overigens, want slangie had zich snel verstopt in het hoge dorre gras.
De hitte is terug. De maanden van november tot februari waren heerlijk. Overdag wel warm maar uit te houden en in de nacht heerlijk koel. 14 graden is de minimum temperatuur die ik gemeten heb. Soms een frisse wind er bij en het deed Hollands aanvoelen. De maanden daarvoor was regen seizoen. Ook niet al te warm maar wel weer vochtig. En veel insecten, zelfs af en toe muggen. Met die heerlijke koele avonden is het genieten, zeker als het overdag wel tot 38 graden kon oplopen. Maar twee weken geleden kwam daar plots verandering in. Ik zat op het terras aan een bakkie, na het eten. Een uur of 8 of zo. Een heel klein fris windje deed het aangenaam maken. Van de ene seconde op de andere kwam daar verandering in. Er stak een redelijk forse wind op die me deed vermoeden dat er om de hoek iemand met een enorme föhn hete lucht stond te blazen in mijn gezicht. Helaas, de koelte was over. Het bleef die nacht boven de 30 graden. Kon bijna niet slapen. Helaas moet ik er gewoon weer aan wennen want het is nu al een paar weken warm, ook in de nacht. Puffen dus. Gelukkig heb ik het vooruitzicht dat ik over niet te lange tijd in Nederland ben en de hitte uit me kop kan krijgen.
Een van de erg irritante dingen in de bush bush zijn insecten. Er zijn er veel, en er zijn veel soorten in Mali maar de drie boosdoeners zijn wel de termieten (en andere knagers), de mieren en de spinnen. De termieten vreten alles, maar dan ook alles op. Uiteraard geen metaal maar al het hout, stof, planten en bomen inclusief. De termiet leeft onder de grond. Hij komt boven de grond als er een lekker stuk hout is, maar ook toen ik bijvoorbeeld mijn badhanddoek een paar dagen op de grond liet liggen. Grote gaten werden er in gevroten. Alle palen die ik heb geplaatst voor het afzetten van mijn terrein zijn na 4 tot 5 maanden gewoon opgegeten. Als je een gat in je cementen vloer hebt zitten dan komen de termieten daaruit gekropen. Ze leggen dan een soort lemen tunneltje aan, een soort eigen weg, en banen zich naar alles wat op te vreten is. Je kan die tunneltjes van je muur af schrapen maar het laat gelijk een hele bruine streep achter. Een flinke boom velt een termieten leger in een paar maanden. Het is dus uitkijken dat je je bomen vrij houd. Ook willen ze nogwel de worstels van de boom van ander opvreten. Je ziet dan alleen maar de boom dood gaan en je kan weinig doen.
De termiet is moeilijk tot niet uit te roeien. Een broertje van de termiet is het kleine torretje waarvan ik de naam niet weet. Die vreten niet alleen hout maar eigenlijk wel alles. De planken in mijn keuken zijn er door besmet, elke dag ligt er wel een paar hoopjes zaagsel op de grond. Het erg is dat ze ook de etenswaren aanvreten. Zo maakte ik mijn laatste zakje Hollandse kaassaus open, het zat vol met torretjes. Ze gaan ook in je rijst zitten, eten je voorraad pinda’s op, zitten in mijn zakjes nasikruiden en in het meel. Ach, een paar door je eten is niet zo erg, maar een heel leger is minder lekker. Zo rooster ik mijn eigen pinda’s. Die zijn erg lekker en hier erg goedkoop. Maar voor je ze gaat roosteren moet je ze heel goed controleren. In veel pinda’s hebben die irritante beesten gaatjes geboord en er een nest of larve in gelegd. Als je zo’n pinda mist bij het kuizen, en hem mee roostert, smaakt ie ineens heel anders dan de andere. Het is dus zaak al je etenswaar in goed afgesloten containers te bewaren maar dan nog moet ik af en toe wat weggooien omdat het is aangevreten.
Mieren zijn een ander verhaal. Die zijn nog opdringeriger dan termieten. Uit elk gat of spleet komt een zee van mieren. Als je ook maar iets van etenswaren ergens laat liggen kan je er de donder op zeggen dat het een uur later onder de mieren zit. Mijn hond geef ik af en toe een bot. Als hij dat een half uur op het terras laat liggen ziet het zwart van de mieren. Ik strooi met vergif, maak gaten dicht en doe alles de beesten uit te roeien maar zonder zichtbaar resultaat.
Verder heb ik in mijn huis een spinnen plaag. Omdat ik een houten plafond heb denk ik. Honderden spinnen en spinnetjes, meestal van dei hooiewagens zijn continu bezig met het spinnen van hun web en webjes. Kan alles schoonmaken met de bezem, de volgende dag zit het weer vol. De muren, de hoeken, en alle kamers lijkt het wel een bal.
Eens in de zoveel tijd gaat er een meisje uit het dorp trouwen. Helaas is de traditie dat ze gaan trouwen als ze 14 zijn. Dat staat zo in de Koran, wordt me verteld. Toevallig heb ik er ook een en daar staat niks over leeftijd in. Mijn herhaaldelijk vermelden dat 14 toch echt te jong is om te trouwen stuiten steeds op dat argument maar niemand die me er van kan overtuigen dat dit echt zo is. Ik blijf wel doorzagen, misschien krijgen ze het ooit in de gaten. Maar goed, bij de verkoop van het land is bedwongen dat als er een meiske gaat trouwen, men een paar dagen voor de trouw partij hier aan de rivier de gebruikelijke kalbassen komen schoonmaken en de kleding wassen. Ik ben de enige aan de rivier waar er rotsen het water in lopen, zodat men makkelijk de kleding kan wassen. Overal elders is het een zand en modderzooi. Heb uiteraard met die wens van het dorp ingestemd en vandaag was het weer zo ver. Een stuk of 20 jonge meisjes komen alle bezittingen van het te trouwen meisje schoonmaken, intussen hevig krijsend gillend en zingend. Gewoon praten kan de gemiddelde afrikaan toch al niet, men moet altijd luid praten maar bij gelegenheden zoals dit gaat alles in volume standje 10. Ach voor een dag is dat niet zo erg. Het is wel leuk al die meiden te zien boenen. Om 3 uur in de middag waren ze klaar en verlieten ze al zingend mijn terrein, op weg naar huis. Achterlatend lege zakjes met waspoeder, pindadoppen, plastic zakjes en kapotte kalbassen. Dit ondanks mijn verzoek de boel schoon achter te laten. Voor deze gelegenheden knijp ik daar maar een oogje toe. Want normaal gesproken als ik iemand een papiertje weg zie gooien krijgen ze er van langs.
Overigens hebben diezelfde meiden twee maanden geleden mijn Afrikaanse hutten in traditionele kleuren geverfd. Ze zouden er mooie designs op verven met lokale kleurstoffen en zo. Dit gebeurt met gekleurde aarde die ze wat verderop vinden, dat smeren ze op de muren. Ik ben bewust onder het werk niet gaan kijken. Toen er een huisje af was zijn ze afgetaaid onder de melding dat ze het volgende huisje de volgende week zouden doen. Toen ik ging kijken schrok ik me wezenloos. De kleurstof zat overal en overal op en de designs die ze hadden gemaakt leken op die van een drie jarig kind. Heb ter plekke de spuit erop gezet en de boel schoongespoeld. Ik vind nu nog kleurstof in bomen, tussen de bananen en op de grond. Eens maar nooit meer.
Heb dus een voetbal terrein laten maken voor de jeugd van het dorp om te sporten. Voetbal en basketbal kunnen ze er spelen en dat doen ze erg graag. Heb metalen goals laten maken en die netjes in het cement gezet. Koste wel weer ene lieve cent maar op de Afrikaanse manier, met twee grrote houten palen en als lat een touw, is gedoemd opgevroten te worden door de termieten. Maar misschien was het achteraf allemaal wel niet zo’n goed idee. Voor mij dan, de jeugd is er erg blij mee. Maar nu staat er om de haverklap een troep met kids voor de deur om de voetbal te halen. Uiteraard net als ik een middagdutje doe of druk met iets bezig ben. En als het dan alleen de voetbal is, ok, maar er komt altijd wel wat bij. Kan ik de fietspomp lenen, mag ik wat water drinken, heb je voetbal schoenen voor me, ik heb mijn poot opengehaald, heb je een verbandje. Zo is er altijd wel wat. Dit soort dingen moet ik onmiddellijk indammen want bij Afrikanen is er absoluut geen einde. Dus al snel de regel opgesteld dat er na 4 uur in de middag kan worden gevoetbald, en dat er een iemand de bal komt halen, niet met z’n twintigen tegelijk. Ondanks dat schoot ik toch gister nog uit mijn slof toen een van de voetballertjes met zijn grote Afrikaanse voeten op mijn pas geplante bougainville ging staan. Die heb ik voor een dag het voetbal verboden. Geloof me, daar zijn ze niet blij mee. Misschien dat hij er van leert maar soms geloof ik wel eens dat die kids de hersens van een kip hebben. Morgen zijn ze het al weer vergeten. Komt dan het tweede probleem bij, de voetbal. Ik had er nog een die ik beschikbaar stelde. Maar die was na twee dagen spelen kapot. Zelf hebben ze natuurlijk geen rooie cent om een nieuwe te kopen. Na vee soebatten kocht ik een nieuwe, niet al te dure bal (3 euro) voor ze. Ze hadden me verzekerd dat die toch echt wel een paar weken mee zou gaan. Je snapt het, na twee dagen zo lek als een zeef. Heb gezegd dat ik wel een echt goede wil kopen voor ze maar dan wel met een bijdrage van hunzelf. Misschien gaan ze er dan voorzichtiger mee om. Voorlopig spelen ze dus nog met de lekke voetbal, overigens zonder dat het hun plezier bederft.
Heb zowaar gasten. Wolfram en iris. Een Duits echtpaar die ik ooit in Ethiopië ben tegen gekomen. Ik was toen op weg naar Europa, zij op weg naar zuid Afrika. Ze hebben ondertussen de hele ronde afgelegd, oost Afrika omlaag en west Afrika omhoog. Ze zijn erg blij met mijn camping en melden me keer op keer dat ze sinds Namibië niet zo’n fijne plek hebben gehad. Doet mij natuurlijk deugd. Buiten dat ben ik blij gasten te hebben. Niet alleen vanwege de business maar kan eindelijk weer eens een normaal gesprek hebben. Daarbij zijn het erg sympathieke mensen en dat wordt dus weer heel wat bla bla de komende dagen.
Ondanks dat gingen de voorbereidingen voor mijn vertrek door. Een maand naar Nederland, dus moest er wel wat geregeld worden. De beesten moeten voer, de planten en bomen water, de groenten verzorgt en ga zo maar door. Heb voor de veiligheid een nachtwaker aangenomen. Op de dag van mijn vertrek, 5 minuten voor ik weg wilde rijden, kwam deze man even leuk vertellen dat hij eigenlijk vond dat zijn salaris te weinig was. Uiteraard heb ik geweigerd hem meer te betalen en gedreigd iemand anders te zoeken (is wat moeilijk in 5 minuten) en hij bond in, maar een volgende keer zoek ik iemand anders, dat is duidelijk. De rit naar Bamako ging bijzonder vlot dit keer en om half drie parkeerde ik mijn auto bij de Sleepy Camel in Bamako. Het was er weer gezellig met gasten maar erg heet. Dit keer was er geen probleem met stroom maar was er geen water. De langverwachte douche moest uit een emmer komen. Spendeerde twee dagen met het regelen dat mijn auto wat onderhouden werd, mijn generatoren gerepareerd werd en onderzocht vast de prijs van zonnepanelen voor als ik terug kom. De vlucht naar Nederland, met Royal Maroc Air was netjes, maar de zit (en de tussendoorse wacht in Casablanca) was lang. Maar nu ben ik weer in Nederland. Heerlijk even uit de hitte te zijn.